JAN COBBAERT
Samen met Rik Slabbinck en Michel Seuphor is Jan Cobbaert één van de vroegste kunstenaars in deze verzameling. Vanaf 1932 volgde hij 3 jaar academie en kende hij al meteen een doorbraak met een expressionistische vorm van schilderen. Na de oorlog sluit hij zich aan bij de Jeune Peinture Belge die af wilden van het expressionisme en animisme in de kunst maar voluit wilden gaan voor kleur en vorm. Maar in 1949 valt de groep al uit elkaar en Jan Cobbaert kan aanleunen bij de Cobrabeweging die een volledige vrijheid en spontaniteit in kleur en vorm nastreven. Hier vindt Jan Cobbaert zijn echte herkenbare stijl die hij bijna 40 jaar zal blijven ontwikkelen. Hij schildert van dan af aan altijd figuren of groepen mensen, evenwel nooit portretten. Hij noemt zijn figuren dikwijls grote poppen als symbool van de volwassen voor het kind. Soms zijn zij ook maskers. “Het leven is toch een groot poppenspel waarbij iedereen zich verbergt achter een masker. J.C.”
“Meestal ontstaat een schilderij met de zwarte penseelstreken van de contouren die een grote rol spelen. Eigenlijk weet ik op dat moment niet juist waarmee ik bezig ben. De lijnenkomen omzeggens spontaan op het doek als een soort ‘action painting’. Zo komt er bijvoorbeeld een hoofd tevoorschijn in de compositie. Maar als het er is, vraag ik mij af waar dat vandaan komt. Het is alsof de vormen uit mijn eigen onderbewustzijn komen en dat ze de weergave zijn van mijn diepste gevoelens op dat ogenblik. Het is dus een emotioneel bewogen kunstuitdrukking die in mijn innerlijk opgeborgen was. J.C.”